Wij droegen brave befjes
opdat geen aanstoot
in des Heeren Huis
al broeiden wij taboe
in bonte overbroekjes
onze gebreide kousen
sierden de halve dooien
in een busje van de Gall
op weg naar stadsgeloof
de stijve houten banken
mijn onderduikadres
voor hoge schaamroodschuld
zodra de Tien Geboden
mijn heidense vriendin
keek thuis intussen Tarzan
hun goddeloze chips
meer liefdevol geknabbeld
dan onze rollen King
en tijdens ’t eindgebed
vervloekte ik de goden
omdat ik haar juist lief.
© JELOU
de heer en de duivel als king en chips. dat kraakt naar meer ;-)
BeantwoordenVerwijderen