zondag 18 november 2018

DOLEND IN KROCHTEN


Je bent verworden tot een schim
dolend in krochten van je ziel
en ergens tussen moerassen
zoek jij je nestgeur
waar addergebroed zich schuil

vraag jij je af waarom de dood
geen tranen plengt maar haat
zand erover immer nog schreeuwt
daar jouw hartslag deels
ontnomen om ten onder

en als een aangeschoten hinde
vuur je vloeken af op het behang
brandmerk jij de duisternis
als aflaatbrief
voor hen die jou ooit vinden

maar doorheen je schaduwranden
vang ik af en toe een glimp
een oogopslag die echt de jouwe
alsof je even weer
terug van weggeweest

als weet je je plots weer het nu
en vraag je mij wat het vandaag
maar onderwijl verlies ik jou
ga jij terug naar daar
waar promillages het moeras.

© JELOU  

zaterdag 10 november 2018

MIJN DOOD VERZEKERD


Sinds kort heb ik een plan bedacht voor de toekomst.
Ik deel mijn huissleutels uit aan buurtbewoners.
Het nut is tweeledig zoals alles dubbel is.
Ten eerste maak ik meteen kennis met de personen in kwestie, iets wat zonder deze actie nooit het geval zou zijn, en ten tweede bevordert het een gevoel van sociale controle (lees veiligheid), mocht ik ooit dood in mijn huis liggen.

Niet dat ik van plan ben om het einde op te zoeken, maar als alleenstaande kun je zomaar onverwacht ter aarde storten en wekenlang in staat van ontbinding in je huis liggen zonder dat iemand ervan weet.
En daar ik geen overlast wil veroorzaken middels zwermen vliegen of onbestemde doordringende geuren, laat staan het aanzien des persoons als ik na maanden ontdekt word, lijkt mij dit in deze tijd een uitermate praktische zet.

Ik kan dan wel een sociaal ingesteld individu zijn, maar mijn levenswijze is er wel eentje waar niet bepaald een vast ritme in aanwezig is. Tenminste, afgezien van de ochtenden waarop ik standaard mijn deur uitstap om naar mijn werk te gaan en twee uur later wederom huiswaarts keer. Daarnaast hangt mijn ritme af van verdere afspraken, en mocht ik die niet hebben, dan bevind ik mij in stilte in mijn domein. Wat ik daar ook uitspook.

Gelukkig weet ik dat ik in elk geval door minstens één persoon in de gaten wordt gehouden.
Want gisteren werd er plots aan de deur gebeld, iets wat zelden voorkomt.
Het was een verderop-verderop-buurman waarmee ik ooit kennis had gemaakt toen ik voor zijn deur in de container een vuilniszak moest deponeren.
Hij kwam abrupt zijn deur uit en de straat overgerend om met mij kennis te maken.
Jan heet hij.

En gisteren belde Jan dus bij me aan.
Ik deed open en meteen riep hij uit: ‘hé, je zus ligt in het ziekenhuis!’
‘Ik heb geen zus”, zei ik prompt.
‘O jawel hoor’, zei hij, ‘ze staat niet meer voor het raam.’
Hij doelde op mijn etalagepop, Michael Jackson genaamd.
‘Och, die staat nu rustig in mijn hobbykamer’, zei ik.
Hij weer gerust, want het bleek wel iets aparts, zo’n pop zo voor het raam. Iets dat een impuls gaf aan deze bewoner eens te gaan informeren waar ‘zuslief’ nu gebleven was.

Verheugd dat ik hem gerust kon stellen heb ik hem bedankt voor het medeleven, en nadien bedacht ik mij dat het toch wel fijn zou zijn meer sociale controle te hebben.
Helemaal gezien het feit dat ik een nieuwkomer ben binnen het dorpsplein.
In elk geval fungeert mijn erker als een soort van etalage, want zodra er iets veranderd is wordt dat meteen door de buurt opgemerkt.

Hoogstwaarschijnlijk heb ik aan één extra sleutel misschien wel genoeg. Maja, als Jan weg is kan niemand mij meer schaduwen.
Ik denk er nog even over na.
Misschien moet ik maar gewoon op bepaalde vaste dagen en tijden mijn vuilnis deponeren, zodat mijn loopje langs andere buren bekend wordt.
Dat scheelt aanmerkelijk in het kopiëren van sleutels.

© JELOU

ALS TEPELHOVEN ZWIJGEN


Ik adopteer dit jaar geen wintertruien
noch isolerende beha’s

mijn lichaamstemperatuur
behelst zelfstandig zomerzon
het zweet des aanschijns gedoogd

al voert de herfst een kruistocht
waait wind zich ongezouten
kippenvel tot koude kunst

ik houd mijn lippen strak gesloten
laat enkel enkels naakt
opdat stijgbeugels gedachten koel

want echte winters zijn niet meer
waar tepelhoven priemen.

© JELOU