Ik bijt kinderkopjes,
het sap tussen mijn tanden
vergeelt mijn oogopslag
het sap tussen mijn tanden
vergeelt mijn oogopslag
ze geven geen kik,
langs de stoeprand veeg
ik het speeksel
langs de stoeprand veeg
ik het speeksel
glad, als gedachten
aan mooie witte winters
waar kou niet deert
aan mooie witte winters
waar kou niet deert
de restjes peuter ik
-onordentelijk-
uit mijn melancholie.
-onordentelijk-
uit mijn melancholie.
© JELOU
Geen opmerkingen:
Een reactie posten