Hij slaapt
zij tekent
bloemen op zijn rug
ze reiken
naar het plafond
haar ogen
haast verstrikt
in veel te
felle kleuren
hij droomt
hen samen
in stiltes
van zwijgen die
hem nooit
lang genoeg
zijn mond
prevelt geheimen
maar zij
weet
hoe graag
hij wil omvatten
de spoken
die haar ziel
steeds
verdonkeremanen
de onrust
die verzwelgend
bij alles
wat hij vraagt
zij leven
ondergronds
het
daglicht haar te zwaar
en hij, hij
leerde zich verzoenen
door samen
in haar schulp
de
geblindeerde ramen
onevenwichtig
donker.
© JELOU
Geen opmerkingen:
Een reactie posten