Het is weer strompeldag
vandaag
één-benigen gaan voor
de zuurstoftent een
oplaadplek
waar taaiïg slijm zich
longen zaagt
tot sputum weer in koor
opeenvolgend wordt uitgebekt.
Ik hijs mij, waardig
rimpelzeug,
gekantklost een korset
mijn wederhelft gluurt
stiekem mee
hij absorbeert mij teug voor
teug
een grijsblonde toupet
maskeert zijn huid van craquelé.
De intercom weerkaatst
verkalkt
rollators naar de lift
het kreupelhout kruipt
kamers uit
een zweem van poeder zwaar
vertalkt
ontneemt de gang het zicht
op steun- en
kreunkousengespui.
Heel zacht doe ik de deur
weer toe
mijn heup kraakt in de kom
een dekbedstem lokt tanden
rijk
het vlees nog lang niet
levensmoe
wentelen wij ons om
in overjarig beddentijk.
© JELOU