die vreselijke jas
draag ik nog steeds
net als mijn haar
waarover ik tevreden
het enge mannetje
prijkt immer nog de kast
de boeken malen er niet om
dat beide ogen puilen
je vingerverf niet
uitgelijnd
ze hebben hem allang gelezen
alleen de klok
die klok waardoor je bijna
rechtsomkeert
omdat hij zo wanstaltig
dat jij het niet meer aan
kon zien
heb ik verstopt
gelegd onder mijn bed
vlak naast je fotoalbum
waarin zwart-wit
afwezig en jij vrolijk
kleurt
op imperfecte beelden
© JELOU