maandag 29 september 2014

MIJN BOEK VOOR JOU



Je Inbox
voorbij de hemelpoort
zal ik opnieuw gaan vullen

beloofd heb ik
verhalend te onthullen
hoe ik mijn leven voort

mijn pauze
te lang en ongehoord
scoort hoog door zoveel nullen

jij kent mijn zijn
toch tracht ik te vergullen
jouw wachttijd met mijn woord.

© JELOU

zondag 28 september 2014

ZEG MIJ



wat er knaagt
welke muizenissen
je hoofd op hol

tussen kop en staart
ritselt
een onvermogen

het fokt maar door
daarboven
en ik kan er niet bij

zeg mij
wat er loos
voor je in de val

of het gif
door mij gestrooid
jou uit zal drogen.

© JELOU

ZO OUD ALS JONG




Aan gaten van mijn riem
trek ik mij op
herleid ik priemgetallen
tot waar de band
zich heeft versmald

mijn wijdte rijmt
nog immer groene jaren
de leest verankerd
tijdslimieten loos

de optelsom
van geestgerelateerden
vermagert zienderogen
naarmate huid en haar
de groeven reeds nabij

mijn jaartal ben ik kwijt
ik laat hem gaan
verrijk mij met verwanten
waar wijdte reikt
ongeacht wat tijd.

© JELOU




donderdag 25 september 2014

BELOFTE



Je zilv’ren ketting blijf ik dragen
al ben je mij allang voorbij
de vragen hangen er als bedels
tot jij reeds een rollator schrijdt
of als gedachten snel vervagen.

Jouw goed gemoed zal bij me blijven
zoals de schakels zeer fragiel
’t gegevene zal ik bewaren
al zal mijn hart opnieuw bezield
jij in ’t gareel denkt te beklijven.

Je ketting blijf ik immer dragen
in afwachting wie eerder dood
als ik het ben blijft het gekoesterd
in mijne kist scharlakenrood
zal ik met jou langzaam vervagen.

Ben ik de sterkste, jij verleden
zal ik het snoertje liefdevol
omheen je grafsteen doen draperen
of om je urn waarin jij vol
voor ware liefde hebt gestreden.

© JELOU

ONBEVANGEN



Mijn stoel is mijn getuige
mocht ik een goed verweer
voor elke keer dat ik
mij schuldig heb bevonden
aan naïviteit.

Spijt van mijn betrouwen
verzaak ik levenslang
de hang naar wat mij goed
in ogenschouw genomen
nochtans schijn ik blind.

Een kind heeft recht van spreken
zijn leeftijd geen bezwaar
doch jaar en dag geteld
zou ik de weg der wijzen
onderhand gewis.

Mijn stoel getuigt terdege
ik dank zijn zitting groot
voor elke noot waar hij
mij duidt als onbevangen.
Ik heb geen verweer.

© JELOU

woensdag 24 september 2014

ALS JE EENS WIST



wat er te raden over
nog niemand heeft ontdekt
zelfs jij niet undercover

je zou totaal versteld
ontdaan en zeer verbijsterd
als ik het je verteld

je zou vragen te over
mij denkende gekend
ondanks onthullend lover

mijn bladerdek omlijst
zou gissen zonder einde
het antwoord nimmer prijs

de herfst reeds ingetreden
zou zelfs mijn kleur geheim
jouw tong in ‘t ongerede

wat er te raden over
zal einders dichterbij
dan jij het kunt geloven.

© JELOU


WASKNIJPERS



De broek van directeur Antoon
wil stante pede blauwe
hij domineert als zijn patroon
ziet hier zelfs weer zijn kansen schoon
tussen de plastic klauwen.

Een heel ander kapittel is
de onderjurk van Josje
die zwiert zich stil in heimenis
een voile van wind aan fruitig fris:
twee rooie liefdesblosjes.

De bustehouder van Jasmijn
wil ergens anders hangen
haar cups, vol bovenmaats venijn
regeren groen en geel de lijn
zij toont haar stand voor prammen.

Een sweater met een capuchon
verafschuwt die kapsones
hij chillt relaxed de fucking zon
een grip op hem vindt hij ‘not-done’
zijn zoom houdt hem Adonis.

Maar de markant gebreide trui
geeft aan van hout te houden
aan plastic geeft zij fel de brui
dat is haars inziens voor gespui
de waslijn hoont met jouwen.

© JELOU





woensdag 17 september 2014

HINTS



Geef mij een hint
om onvoorziene woorden
geruisloos
te kunnen bergen

te doen versterven
genadeloos en doof
voor elke valse echo

opdat de juiste sfeer
behoedzaam en oprecht
mijn oor te luister

ik mij gekluisterd weet
enkel het moment
omhuld
door dat wat waarde heeft.

© JELOU

THEATERGEKTE



Gebaar de buurman
dat jij een stoel
een dyslectische stoel
die de weg volkomen kwijt

aai een kat en wrijf
je zitting warm voor later

sta, zit, lig of kronkel
eikenhouten poten
terwijl de najaarsregen
een huiskamer regeert

laat gordijnen bomen zijn
de vloer vol met bananen
maar geef de stoel een naam
waar apen zonder woorden

wring jezelf tot zitvlak
de breedtegraad trotserend

en vraag je zwijgend af
waar werk’lijkheid de grens
waar spel en gekte
elkander bijna overlappen.

© JELOU




maandag 15 september 2014

EEN ONBEPAALDE HOBBY



Schiet mij maar lek
zei de grenspalengek
reeds bij een grens gekomen
verduld als’t niet waar is
geen paal die nog daar is
daar gaan mijn stoute dromen.

Welke vandaal
gaat daarmee aan de haal
het is een grote schande
verdikkemedorie
daar gaat mijne glorie
op ’t randje van den lande.

Eindelijk hier
verlang ik de zwier
de zwaai rondom den pale
waar lijf ende leden
het luchtruim bekleden
door paaldans in twee talen.

Breek mij de bek
zei de grenspalengek
op dit moment niet open
ik stop met dat treinen
mij in palen twijnen
ik ga naar Hindeloopen.

© JELOU


zaterdag 13 september 2014

ZIELSVERWANTSCHAP



Zo’n dag, waarop je je gewaar
dat daar waar jij
in het voorbij
de ziel zich sterk verbonden

deelbaarheid geen woord behoeft
genoegen scoort
door identieke blikken

gedachten
aanwezig in een lach
of juist verwachte stilte
zo ongekend bekend

saamhorigheid klaarblijkend
gelijk geschaard
de grond dezelfde bodem

zo’n dag, waarop verwondering
de geestdrift voedt
het hart doorbloedt
met dat wat zo hard nodig.

© JELOU


vrijdag 5 september 2014

IK BELOOF JE



Er komt een dag dat bloemkoolsoep
je voordeur zal bereiken
al zal het hoogst waarschijnlijk
bij aankomst wat gegist
daar ik een trein gemist
en door de stad moet dwalen
om snel te achterhalen
waar ik mijn soep op welke stoep.

Die dag zal ik met pan en al
mijn hebben en mijn houwen
de hele Dam afsjouwen
rondvragend naar jouw naam
desnoods in de Jordaan
al weet ik nu al zeker
dat jij je kom of beker
dáár voor de soep niet uitgestald.

Ik zal op zoek gaan in de buurt
alwaar het uitgaansleven
bekoorlijk en gedegen
jouw foto zeer recent
zal absoluut herkend
men zal mij kunnen wijzen
jouw woning waar mijn spijze
je deur vergast, helaas verzuurd.

© JELOU



dinsdag 2 september 2014

WAT IK DACHT TOEN IK JE ZAG



Ik heb niks met Zalando
stuur maar weer retour

ga kokosnoten zoeken op
een eiland vol papavers
tongzoen een walrus op het strand
als eb weer hoogtij viert

vaar ter kape zonder baard
en vlecht wat okselharen
neem een hoelahoep zodat
geslijm mij niet omringt

pluk een bosje gordelroos
en bloemschik het je aars tot
de kruitdampen verschieten
naar wat neusvleugelen heet

vraag bij Carglass om een beurt
opdat je scheur geen onzin kraamt
de mijne heb ik uitgeleend
omdat doofstom meer rente

railrun je naar de Efteling
waar heuvels immer kaatsen
de Maagdenburger bollen zijn
daar vacuüm verpakt

ontmoet een blauwbilbaviaan
en kijk dan in de spiegel
zoek de verschillen tot je weet
waar hersenweefsel groeit

dan ben ík vast al tachtig
en jij totaal ontwormd.

© JELOU